Archief van
Tag: VEB

Bewaarloon bestaat al lang niet meer

Bewaarloon bestaat al lang niet meer

Vol trots en met gevoel voor dramatiek kondigt de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) het einde van het bewaarloon aan. Ze baseert zich op een eigen onderzoek onder zes banken waarvan er vier daadwerkelijk de moeite namen te reageren op een ontvangen brief van de belangengroepering van beleggend Nederland.

Onder de noemer “bewaarloon” wordt door banken sinds jaar en dag een vergoeding in rekening gebracht aan cliënten die effecten aanhouden. Aandelen, obligaties en beleggingsfondsen die zijn aangekocht moeten immers netjes worden geadministreerd en dat kost geld; voor de bank en dus voor de cliënt

De VEB heeft het sterke gevoel, mede gevoed door signalen van de achterban, dat de sterk doorgevoerde efficiencyslagen en schaalvergrotingen in beurzenland van de afgelopen jaren niet het gewenste kostenvoordeel voor de cliënt hebben opgeleverd. Zij lijkt daarbij de meeste vraagtekens te zetten bij de beurzen van Parijs en Brussel (als onderdeel van het fusieproduct Euronext) en de aandelen genoteerd op Wall Street. De vereniging steekt haar vermoeden niet onder stoelen of banken dat met name de banken zelf als winnaar uit de bus zijn gekomen.

Het is jammer dat de VEB haar onderzoek niet helemaal zuiver insteekt. Zo houdt zij in haar brief aan de aangeschreven banken consistent vast aan het begrip “bewaarloon” maar noemt verlaging van “de kosten van de beurshandel” als belangrijke drijfveer voor het stellen van kritische vragen. Op deze basis geschoeide vragen over de hoogte van transactiekosten zou meer hout snijden en de discussie zuiver houden.

Daarnaast maakt de VEB graag gebruik van een oude term om nieuwe kosten ter discussie te stellen. Het aloude bewaren van fysieke stukken in veilige kluizen, van waaruit de kreet “bewaarloon” is ontstaan, is al decennia lang vervangen door het (digitaal) administreren van effecten, inclusief gerelateerde werkzaamheden als het aanhouden van een rekening, het bieden van internetapplicaties, het opstellen en versturen van depotopgaven en fiscale jaaroverzichten en (het in omvang de laatste tijd zeer sterk toegenomen) afwikkelen van claims. Niet onbelangrijk om daaraan toe te voegen dat de banken op hun beurt ook geconfronteerd worden met bewaarloon; zeker als het gaat om grensoverschrijdende effecten in bijvoorbeeld Frankrijk, België en Amerika. Insinueren dat oude tarieven in stand gehouden worden voor werkzaamheden uit vervlogen tijden, getuigt in dat opzicht niet van realiteitszin.

Zinloos is het onderzoek van de VEB zeker niet mits daar de juiste conclusies aan worden verbonden. Een verdergaande behoefte aan transparantie, zoals al ingezet op meerdere fronten in de effectenbranche, is een reëler en zinvoller te promoten vervolgstap.