Negatieve rente
Het bestaat, hoe onwerkelijk het ook klinkt. Negatieve rente. De centrale bank in Zweden hanteert een depositotarief voor (commerciële) banken van -0,25%. Inderdaad: een min. Banken moeten betalen als ze bij de Riksbank geld uitzetten. De financiële wereld kan best complex zijn (ook zonder prachtig ogende en mooi klinkende maar onbegrijpelijke beleggingsproducten) en het idee van geld moeten betalen voor het stallen van geld, maakt het er niet gemakkelijker op.
Tegelijkertijd bewijst een dergelijk ongewone situatie maar weer eens dat ook hier de aloude (en wel door iedereen begrepen) wet van vraag en aanbod opgeld doet. Er is namelijk simpelweg teveel van het goedje in omloop. Commerciële banken hebben tegen bodemtarieven geld kunnen lenen bij centrale banken en ook nu nog komt het percentage niet hoger dan 1% voor een jaar. Door al het onderlinge wantrouwen hebben banken daar gretig gebruik van gemaakt maar al die Euro’s moeten toch een keer ergens naar toe. Het liefst de economie in (mooie stimulans) dus de weg terug naar waar het geld vandaan kwam, moet zo moeilijk mogelijk gemaakt worden. En wat werkt dan beter dan een negatieve rente. Helemaal nieuw is het niet. In Japan presteerde ABN/AMRO het voor 1 dag ruim €100 miljoen uit te lenen en daar 0,01% voor te betalen.
Zal iets dergelijke de gewone consument kunnen raken? De eerste gedachte is van niet. Het geld van de bank halen en in een oude sok stoppen, klinkt dan wel als een heel logische consequentie. In de praktijk zou dat nog wel eens anders kunnen uitpakken. Wie had tientallen jaren geleden gedacht dat we ooit voor bankafschriften zouden moeten betalen. Of voor het kunnen opnemen van geld (ook wel pinnen genaamd) een jaarlijks bedrag. Klinkt niet als een onmogelijke stap om voor het veilig bewaren van gelden een kleine vergoeding te vragen. Welke bank durft?